In de laatste lijn naar het Vormsel: de ouderavond en de dauwtrap

25 april – de tweede ouderavond

De twee weken voor het Vormsel zijn een intense tijd voor ouders, vormelingen en catechisten.

Op 25 april kwamen de ouders bijeen voor de tweede ouderavond. De vaste ingrediënten van zo’n avond zijn: terugblik op het afgelopen catechesejaar, inhoudelijke uitwisseling in kleine groep over de betekenis van de vormselsymbolen, zingen en natuurlijk veel praktische informatie.

De ouders van bijna alle vormelingen waren aanwezig, alleen of met z’n tweeën. De vormselcatechese is dit jaar vernieuwd en dus was ook de terugblik anders. Er is dit jaar geen vormselcatechese meer gegeven in kleine groepjes bij een catechist thuis, maar de vormelingen kregen catechese in de nevendienst van het  Vlot. Vier thema’s werden inhoudelijk uitgediept met filmpjes die Chantal in de coronatijd heeft gemaakt. We vroegen de ouders om het filmpje met hun kind te bekijken en met elkaar in gesprek te gaan rond vraagjes.  Een bloemlezing van de ingestuurde antwoorden kregen de ouders te horen en te lezen, geïllustreerd met foto’s van de creatieve opdrachten, in de powerpoint die Patricia in elkaar had gestoken.

Het werd heel stil toen de stukjes getuigenis voorgelezen werden.
Waarom lieten jullie mij dopen, hadden de kinderen aan hun ouders gevraagd? “Mijn papa en mama lieten mijn broer en mij dopen, omdat ze zelf ook gelovig zijn en hun geloof hard nodig hebben in moeilijke dagen. En ze vinden dat wij hier ook de kans voor moeten krijgen,” schreef D. En F. antwoordde: “Mama en papa hebben mij gedoopt omdat ze het belangrijk vinden dat ik de waarden uit de verhalen van Jezus ken en dat ik daarmee leer rekening houden in mijn leven.” De foto’s van de dopelingen vertederden en brachten het begin van het christelijk verhaal van de vormeling in herinnering.

In een tweede filmpje dachten ouders en kinderen na over de namen van God en over beelden die bij God passen.  L. koos voor het symbool van het hart “omdat ik vind dat dat het best bij God past.” Zijn mama koos voor het symbool van de zon, “omdat de idee dat God er ook is als je hem niet ziet, zoals de zon tijdens de nacht, moeilijke momenten draaglijker maakt; je kan op zo’n momenten altijd nog wel hopen  dat de zon zich terug laat zien, omdat ze er sowieso altijd is.” M. gaat voor de hand als symbool voor God omdat hij ooit een schilderij zag over God en “Hij stak zijn handen uit naar de mensen met problemen. Hij wil de mensen helpen. Mijn ouders willen daar het hartjessymbool nog aan toevoegen. God wil iedereen op de wereld liefde geven en ervoor zorgen dat alle mensen elkaar graag zien”.

Het derde filmpje ging over  Gods droom voor de wereld. De kinderen maakten een collage over de slechte en de ideale wereld en dachten samen met mama en/of papa na wat ze al deden of nog meer konden doen om de wereld een stukje beter te maken. A. schreef: ”Boodschappen doen voor de oude mensen op de hoek van onze straat. Zo moeten ze niet zoveel zware spullen tillen en lopen ze niet het gevaar om te vallen of rugpijn te krijgen.”

En het vierde filmpje bracht Gods barmhartigheid voor het voetlicht. Kinderen drukten uit in klei wat het is om spijt te voelen. E. boetseerde een hart en schreef daarover: “Ik heb samen met mijn zus een hartje in klei gemaakt.  Spijt hebben, betekent dan dat we beseffen dat we fout zijn geweest en dan heb je toch wel een groot hart nodig om sorry te zeggen. Langs de andere kant, de andere persoon die mijn sorry hoort, heeft ook een groot hart nodig om mij te kunnen vergeven. Het hart is niet mooi egaal omdat we wel vaker dingen doen waar we spijt van hebben en ook soms ‘pijn’ worden gedaan door andere mensen. Het hart heeft dus littekens.” 

Mooi was hoe ouders in het luistergesprek in kleine groep de vormselsymbolen konden linken met het gezinsleven. Zo zei iemand dat zalvende woorden de scherpe kantjes halen van de kritische uitlatingen van de vormeling die stilaan puber wordt. Een ouder werd geraakt door deze zin uit de geloofsbelijdenis uit de catechesemap van Teofil: “ik geloof dat liefde het wint van haat “, zo belangrijk in onze wereld waar het vaak draait om oog om oog en tand om tand”. De handoplegging herkent dan weer iemand in een aai over de bol van hun kind of in een schouderklopje dat wil zeggen: ik steun je, we zijn er voor jou.

Enthousiasme was voelbaar in het stevig samen gezongen lied : “Ik geloof, ik vertrouw en waag de sprong om te geloven”.

Ook de ouders hebben dit jaar een stukje geloofsweg afgelegd!


Zondag 30 april – in alle vroegte op stap met de vormelingen

Op zondag 30 april was het dan de beurt aan de vormelingen om spelenderwijs kennis te maken met de rijke betekenis van de vormselsymbolen.

Om 7.15u stonden ze paraat aan de Nekker voor de dauwtrap en ze hadden de zon meegebracht!

Het eerste deeltje wandelden ze in stilte en dat lukte zozeer dat ze de vriendelijke goeiedag van een kruisende fietser niet durfden beantwoorden!

Wat hoor je als het stil is? Ritselende bladeren, fluitende vogels, het schuren van broekspijpen over elkaar, het knerpen van schoenen, lawaai van auto’s, … Aandachtig worden voor wat er zomaar is maar je vaak niet hoort of ziet.

Het veilige gebaar van de handoplegging konden ze ervaren door zich geblinddoekt te laten leiden door een andere vormeling. “Zo zal God ook jou behoeden”.

Ze zagen dat olie diep in harde steen dringt en een onuitwisbaar  spoor achterlaat. “Zo zal Gods Geest jou niet meer verlaten eenmaal je gezalfd bent met chrisma.”

En dat samen achter eenzelfde geloof staan mensen verbindt als broers en zussen maakten ze zichtbaar door met een bol wol een spinnenweb tussen hen te maken.

In de speeltuin van de Kruidtuin konden ze zich helemaal uitleven. Het was heerlijk om te merken hoezeer de kinderen van een catechesegroepje ook een echt groepje geworden waren op korte tijd.

Aangekomen aan de pastorie werden we allemaal verwend met een drankje, fruit en zelfgebakken koekjes. Veel ouders hebben vrijwillig iets bijgedragen aan deze dag: een groepje mee begeleiden, foto’s nemen, in een hapje en drankje voorzien, standby zijn met de auto, … Dat is zo fijn voor de kinderen en de catechisten.

In de nevendienst maakten de vormelingen kennis met het evangelie uit de vormselviering: houden van Jezus, luisteren naar zijn woorden, de belofte van een Helper vernemen.

Wat is liefde en op welke momenten kan je liefde tonen?  Respect hebben, beleefd zijn, lachen, beschermen, vriendelijk zijn, zijn een greep uit de woorden die de vormelingen in het schuifrooster invulden. Tot slot schreven de vormelingen op een mooi, rood hart dat woord van liefde waarbij ze de hulp van de Helper-Geest zullen kunnen gebruiken. Die rode harten zullen op een groot prikbord hangen in de vormselviering.

Bij het Onze Vader kwamen de vormelingen met hun kleurrijke T-shirt in stoet tot vooraan in de kerk. Ze maakten een grote kring, kregen het gezelschap van mensen van de gemeenschap en zongen samen het bindgebed van alle christenen. Daarna brachten ze de vrede bij hun ouders en herhaalden in het slotlied de woorden die hun ouders eerder op de week ook samen hadden gezongen: “Ik geloof ik vertrouw en waag de sprong om te geloven”.

Om de lange ochtend af te ronden oefende Elke een laatste keer de vormselliederen met ouders en kinderen tijdens een korte zangstonde in de koorlokalen en dat verliep opvallend vlot!

Ouders en vormelingen zijn klaar om op 7 mei hun grote feest te vieren!

Tekst: Chantal Van Huffel

Foto’s: Mariana Calderon Gamboa

Papa Piet Dirix maakte een belevingsverslag van de Dauwtrap. Zijn getuigenis kan je hier vinden.